zondag, maart 20, 2005

Biotechnologie en biodiversiteit

Het Metapo-S.O.S.-Studiecentrum (SOS) is een studiecentrum en de thuiste van een denkschool. SOS houdt zich niet bezig met politiek, maar met metapolitiek. Dat wil zeggen met een gericht zijn op datgene wat achter de politiek ligt. Het gaat uit van de constatering dat ideeën een fundamentele rol spelen in het collectief bewustzijn en meer algemeen in de hele geschiedenis van de mensen. Metapo-SOS beschouwt het als haar taak mee te werken aan die ideeënvorming en wel op een vernieuwende, soms synthetiserende, soms explorerende wijze.
De visie van Metapo-SOS loopt in zeer grote lijnen gelijk met het ‘Manifest voor Europees herstel en vernieuwing’, een vervolg- en hernieuwde versie van het eerdere ‘Manifeste de la Nouvelle Droite’ van de GRECE, waaraan SOS mede haar ideeën en visie heeft mogen toevoegen. Dit ‘Manifest voor Europees herstel en vernieuwing’ is gepubliceerd in TeKoS 95 (2000) en geplaatst op de webstek van LANS (lans.op.het.net).


Biotechnologie en biodiversiteit

Ons engagement is wezenlijk een inzet voor het behoud van de natuurlijke verschillen, zowel van verschillende soorten als van een zo groot mogelijke genetische gedifferentieerdheid binnen elke soort, maar ook van een zo groot mogelijke verscheidenheid van (inheemse) culturen en religies. Ondermeer vanwege het ontbreken van 100% (wetenschappelijk aangetoonde) zekerheid omtrent het niet ontstaan van ongewenste ‘bijwerkingen’ als gevolg van toegepaste biotechnologie, kunnen we niet anders dan deze voorlopig in zijn geheel afkeuren.

1 Biodiversiteit

Voor wat betreft de natuur gaat het ons dus om het behoud van een zo groot mogelijke biodiversiteit, niet om de kunstmatige schepping er van. Biodiversiteit wordt door Edward Wilson gedefinieerd als

,,De verscheidenheid van organismen die op alle niveaus wordt verondersteld, van genetische varianten behorend tot dezelfde soort via groepen van soorten tot groepen van geslachten, families en nog hogere taxonomische niveaus; ook inbegrepen is de variatie van ecosystemen. Deze omvat zowel de gemeenschappen van organismen binnen speciale habitats als de fysische omstandigheden waaronder zij leven.”

De biodiversiteit verschaft de natuur de middelen om zichzelf optimaal te verrijken en om betere overlevingskansen voor meer levensvormen te scheppen. Soorten, bijvoorbeeld, met een bredere genetische variabiliteitsbandbreedte zijn nu eenmaal beter aangepast en zullen, bijvoorbeeld bij schommelingen van klimatologische waarden zoals de temperatuur, nu eenmaal makkelijker overleven. Biodiversiteit heeft een intrinsieke waarde voor de in stand houding, de rijkdom en de voortgang van het leven.
Dat de biodiversiteit in zekere zin door elke gastronomische daad of gewoonte van een afzonderlijke levensvorm wordt aangetast, is een natuurlijk en onontkoombaar gegeven. Dat dat ook voor de menselijke culinaire en consumentaire handelingen geldt, geeft ons nog geen vrijbrief tienduizenden plant- en diersoorten uit te roeien en tienduizenden andere duurzaam te bedreigen. De clou zit hem namelijk in de balans die over het algemeen aanwezig is. Eten en gegeten worden, maar ook leven en laten leven. Die balans ontbreekt bij de huidige menselijke handelingen volledig.
Uit de intrinsieke waarde die de biodiversiteit heeft voor de natuur volgt de intrinsieke waarde van het bestaan van alle levensvormen samen. Het verdwijnen van een levensvorm ten gunste van een nieuwe is eigen aan het leven. Het verdwijnen van een levensvorm zonder meer is onherroepelijk verschraling. Hieruit volgt dat elke afzonderlijke levensvorm een (andere) intrinsieke waarde heeft, aangezien het verdwijnen zonder meer van elke willekeurige levensvorm in dezelfde mate de biodiversiteit schaadt.
Dit laatste geldt echter niet in alle gevallen. Eén van de uitzonderingen op deze regel van de gelijke biodiversiteitswaarde is natuurlijk het geval van de twee levensvormen waarvan de één meer direct bedreigend is voor het voortbestaan van andere levensvormen dan de ander. Het moge duidelijk zijn dat Homo sapiens de laagste biodiversiteitswaarde op deze aarde heeft en dus, vanuit de optiek van de natuur, node gemist kan worden. Om een bekende spreuk aan te halen: De boom kan prima zonder de mens, maar de mens kan niet zonder de boom. Weinig mensen zijn zich hiervan bewust.
Ten overstaan van de biodiversiteit kunnen we ons als mensen op twee manieren opstellen. We tasten de biodiversiteit nog verder aan of we houden hier onmiddellijk mee op. In het geval we kiezen voor verdere verarming, sluiten we ons aan bij een lange rij oude en nieuwere tradities waaronder die van de volkeren van het boek, de liberaal-kapitalistische, de klassiek- en sociaaldarwinistische, de communistische, de militaristische en, jawel, de groene. Gemeenschappelijke trek in deze verschillende tradities en verantwoordelijke voor de grote kaalslag in de natuur is: het antropocentrisme.

2 Etnische, culturele en religieuse verscheidenheid

Daar de mens een biotisch wezen is, kunnen we zonder veel omhaal stellen dat etnische verscheidenheid een vorm van biodiversiteit is, en dus meedeelt in het hebben van de intrinsieke waarde die biodiversiteit heeft. Gewortelde stammen en volkeren, met hun met de ecosystemen vergroeide culturen, verdienen alle respect als het gaat om het behoud van de biodiversiteit.
De Westeuropese universalistische traditie heeft, in de vorm van kolonialisme en neo-kolonialisme, sinds eeuwen niet aflatend gepoogd alle ecosystemen om te vormen tot win- en delfgebied en hiertoe alle culturen omgevormd tot arbeidvoorzienings- en afzetgebied. Dat dit alleen mogelijk is bij een hoge mate van culturele gelijkschakeling is evident. Wereldwijd klinkt thans de roep van stammen, volkeren en/of hun intellectuelen om deze gelijkschakeling ongedaan te maken, politiek, sociaal, economisch, cultureel. Het is de morele plicht van het Westen deze volkeren hierin bij te staan, de veroorzaakte schade te (helpen) herstellen en de handen er verder van af te houden. Alleen volkeren met aan de ecosystemen aangepaste leefwijzen kunnen duurzaam leven en laten leven. Nog compacter gesteld: ,,You can’t have biological diversity without cultural diversity.”2
Waar het, ter overleving, in de kern dus om gaat is etnopluralisme en om het behoud van een zo groot mogelijke culturele diversiteit. Daarbij nemen we afstand van of een kritische houding aan ten opzichte van alle, religieus of niet, egaliserende en/of universaliserende proces-systemen en tendensen.

3 Biotechnologie

Ten aanzien van de biotechnologie brengen we verschillende soorten bezwaren naar voren. We zijn ons er van bewust dat de biotechnologie pas aan het begin van een lange en ingrijpende ontwikkeling staat. Bijgevolg staan onze standpunten dat in potentie ook.
Voor wat betreft de niet op mensen toegepaste biotechnologie:
· Genetisch gemanipuleerde organismen die zich ongewild buiten het laboratorium of de broeikas voortplanten zorgen ervoor dat gemanipuleerde genen in de natuur terecht komen die er niet meer uit de destilleren zijn. Bij onbekende ‘bijverschijnselen’ dus een zuiver waagstuk met grote verantwoordelijkheid.
· Er moet absolute wetenschappelijke zekerheid bestaan over het wel of niet optreden van ‘bijverschijnselen’, alvorens biotechnieken toe te mogen passen. Voorlopig bestaat dit nog allerminst.
· …
Voor wat betreft de op mensen toegepaste biotechnologie:
· Het gevaar is reëel dat, na een eerste periode van biotechnologisch experimenteren, elke volgende biotechnologische ingreep noodzakelijk is om ongewenste en/of onvoorziene gevolgen van eerdere ingrepen ongedaan te maken of in minder ongewenste banen te leiden. Zo’n proces van gissen en missen waarbij we steeds meer achter de feiten aan zullen lopen, lijkt als proces voor gentechnici misschien erg interessant, voor de individuele slachtoffers is het de waanzinnigste vorm van gedupeerd worden: onongedaanmaakbaar geslachtofferd zijn door proces- of winstgeile eigenbelangenzoekers.
· Leven en dood, (on)geluk, (on)heil, (on)geduld, (on)tevredenheid, menselijke waardigheid, liefde, familiebanden, het lichaam, ziekte en gezondheid, verantwoordelijkheid, aanspreekbaarheid, … zullen een andere betekenis krijgen dan de huidige. Het is nog maar de vraag of die nieuwe betekenissen ons gelukkiger of meer mens maken.
· …
Zonder de lange lijst van argumenten hier neer te schrijven, komen we voorlopig tot een algehele afwijzing van de biotechnologie.

4 Streven: biopluralisme en etnopluralisme

Wanneer we een kritische houding aannemen ten opzichte van het antropocentrisme – deze daad zal de moeizaamste zijn –, en ten opzichte van alle universalistische tendensen en de biotechnologie, dan rest ons nog slechts het herschrijven van de geschiedenis, het herdefiniëren van onze (d.i. van alle levensvormen) huidige toestand en het nemen van de juiste maatregelen die ons (idem) en de Aarde in staat doen zijn te overleven. De mens aanwijzen als massa- en seriemoordenaar en vernietiger van zijn eigen omgeving zal hierin een prominente plaats krijgen. Toch moeten we niet vervallen in het andere uiterste, het biocentrisme. Echter, zonder een radicale herwaardering van de natuur en een relativering van de plaats van de mens daarin zal, om het veelgebruikte beeld nog maar weer eens op te roepen, terwijl we zelf de rails voor ons bezig zijn te vernietigen, de trein inderdaad steeds sneller en stuurlozer voortrazen. Er zijn er al enkelen afgesprongen. Wie volgt?
Hier volgen enkele concrete voorstellen waarbij we ons laten leiden door voordenkers uit de diepte-ecologie als Aldo Leopold, van wie de volgende uitspraak afkomstig is: ,,A thing is right when it tends to preserve the integrity, stability and beauty of the biotic community. It is wrong when it tends otherwise.”3
Deze voorstellen houden dus ook een volledige en wellicht pijnlijke breuk in met het Europacentrisme en de mensenrechten- en vooruitgangsapologetiek.
· Intact laten van de biodiversiteit, zodat het leven zich verder natuurlijk ontwikkelt.
· Drastisch inkrimpen van de thans explosief stijgende (wereld)bevolking en vervoersgekte, zodat de natuurlijke wildernis weer plaats krijgt en daardoor natuurlijke ontwikkeling meer ruimte.
· Alle lokale culturen en (natuur)religies intact laten, als eerste door er geen toeristische bezienswaardigheden van te maken, massale ‘antropologische’ veldwerkstudies te verrichten en exotische buitenverblijven te bouwen.
· Stoppen met alle ontwikkelingshulp, zodat plaatselijke jacht-, veehouderij- en landbouwmethoden weer kans krijgen. Stoppen met het invoeren van monoculturen en bevorderen van de teelt en vervaardiging van streekeigen producten door de zelfstandige lokale bevolking, zodat de plaatselijke natuurlijke diversiteit weer wordt gewaardeerd en kan herleven.
· Omkeren van de migratiestromen, zodat de bevolking in de concentratiecentra weer afneemt en de gewortelde, homogene lokale gemeenschappen wereldwijd hun ecologische functie kunnen behouden of heropnemen.
· Het onmiddellijk ophouden met alle onomkeerbare kunstmatige ingrepen in de natuur, waaronder bioindustrie en (tot nader order) genetische manipulatie, zodat de natuurlijke genetische en soortelijke verscheidenheid intact blijft. Deze houding houdt tevens een afscheid in van het concept agrobusiness. Akkerbouw, tuinbouw en veeteelt moeten over alle sectoren en in al hun facetten ecologisch worden.
In deze geest zijn talrijke initiatieven en creatieve uitingen mogelijk en er schuilen tal van grote en kleinere uitdagingen in. Naar ons idee uitdagingen genoeg voor de hele 21ste eeuw.
– Marcel Rüter & Jan Koevoet
_____________________

1 E.O. Wilson, Het veelvormige leven, Amsterdam / Antwerpen 1994 (vert. van The diversity of life, 1992), blz 409
2 www.enviroweb.org, november 2000
3 www.earthfirst.org, november 2000

* * *


,,Het lijkt me bij uitstek de taak van de intellectuelen om bij te dragen aan de geboorte van een nieuw Europa, om gids te zijn bij de innerlijke transformatie van Europa, die haar van de barbaarse beschaving die ze is zal veranderen in een ware beschaving. Daartoe moet West-Europa een andere weg inslaan dan die welke door de Verenigde Staten en de Sovjetunie is gevolgd, die daardoor een overdreven en eenzijdige verschijningsvorm van Europa zelf zijn geworden. West-Europa zou moeten voorgaan in de poging om Verlichting en Vooruitgang te begrenzen om te voorkomen dat de mens zichzelf en de planeet Aarde zal vernietigen.” – Ton Lemaire, Twijfel aan Europa, Baarn 1990, blz 96

* * *

1 Comments:

Anonymous Anoniem said...

Lees het hele blog, pretty good

7:57 a.m.  

Een reactie posten

<< Home